Selecteer een pagina

Het moment dat ik voet aan land zet, weet ik meteen: dit is mijn eiland. En dat is best bijzonder, omdat de overtocht van Koh Phangan naar hier allesbehalve prettig was. De zee leek kalm toen we de haven verlieten, maar zodra we de baai uit voeren, veranderde alles. Hoewel ik het 35 minuten heb volgehouden (intens zwetend van inspanning), moest ik me daarna echt afzonderen omdat ik de onweerstaanbare behoefte voelde om mijn ingewanden eruit te kotsen. Gelukkig had ik niks op mijn maag (ja, ik weet het, dat maakt het erger), dus er viel niks te kotsen. Achteraf was dat maar goed ook, want ik ontdekte later dat er een gat in de onderkant van mijn plastic zak zat. De airco binnen was een zegen, en zo heb ik de laatste 25 minuten in een stoel gehangen, totaal gesloopt en gereduceerd tot zielig hoopje mens.

Eenmaal aan land word ik opgehaald door de mensen van mijn accommodatie. En wat een geluk: mijn verblijf is perfect! Het ligt uit de drukte, mijn kamer is licht, ruim en brandschoon. Voor mij is een fijne plek om te verblijven essentieel tijdens mijn reizen. Soms zou ik willen dat dit niet zo was, want het maakt alles veel duurder, maar ik kan echt niet gelukkig zijn in een kamer die vies is, vol muggen zit, waar schimmel in de douche groeit of waar vlekken in het beddengoed zitten. Ik wil een plek die rustig, schoon en comfortabel is, waar ik me echt thuis kan voelen.

De overtocht zit nog behoorlijk in mijn lijf, maar ik heb voor vanmiddag twee duiken gepland. Dus, ik zet me schrap, huur een scooter en ga op zoek naar iets te eten. Na een uurtje of twee voel ik me weer als mezelf, en het is tijd om naar de duikschool te gaan. Ik volg Big Blue Diving al sinds mijn eerste reis naar Thailand omdat ik toen heel graag Koh Tao wilde bezoeken en dit niet gedaan heb vanwege het weer. Big Blue Diving, een van de grootste en beste duikscholen op Koh Tao.

Vandaag mag ik mee met een groep die bezig is met de opleiding tot Rescue Diver en direct daarna doorstromen naar Dive Master. Dit zou ook de logische volgende stap voor mij zijn na het behalen van mijn Advanced Open Water. Terwijl ik met Jade en Naomi praat, fantaseer ik over hoe het zou zijn om hier twee maanden te verblijven voor mijn opleiding en daarna een tijdje te werken. Hoe zou dat voelen?
Remy en Francois zijn vandaag de instructeurs, en na de briefing ga ik me klaarmaken voor de eerste duik. Het is heerlijk om in het water te liggen, de onderwaterwereld is werkelijk adembenemend. Ik zie veel koraal en talloze vissen. Hier duiken ze met een shorty, en na 45 minuten begin ik te merken dat het eigenlijk veel te koud voor me is. Na een duik van 51 minuten is het heerlijk om weer aan boord te zijn. Ik haast me naar het zonnedek om op te warmen.
De tweede duik is mindermooi en niet minder boeiend. Ze hebben verschillende objecten in de oceaan achtergelaten om zowel het koraal te laten groeien als een oefenplek voor aankomende Dive Masters en instructeurs te creëren. Het is een superleuke duik omdat we overal langs navigeren onder en overheen duiken. Er is veel plezier met de groep. Wat ik echt merk, is hoe goed ik de vissen herken en hoe ik klein leven goed kan spotten. Al mijn eerdere duikervaring (en het behalen van mijn advanced) in Raja Ampat heeft echt zijn vruchten afgeworpen!

Na de duik varen we terug naar het eiland. Aan land maken we gezamenlijk al het materiaal schoon en pak ik mijn tas in voor morgen. Het is leuk dat ik mijn spullen zelf mag inpakken, want ik leer daar zoveel meer van. Als alles klaar is, ontmoet ik mijn groep aan de bar. Samen loggen we onze duik en daarna blijven we nog een hele tijd kletsen. Pas als ik terug naar mijn accommodatie rij, realiseer ik me hoe moe ik eigenlijk ben. Tijd om te eten en daarna lekker te slapen!

Koh Tao is trouwens een klein eiland van slechts 21 vierkante kilometer, met het hoogste punt op 374 meter. Het eiland is bedekt met weelderig groen en heuvels, en de wegen zijn zo steil dat mijn scooter het soms zwaar heeft om omhoog te komen. Koh Tao betekent Schildpadeiland in het Thais en de naam verraad dus ook gelijk welke dieren je hier kunt zien onderwater.

Om 7.30 uur ben ik bij de duikschool, waar een dagtrip naar Sail Rock op het programma staat. We zullen twee duiken in de ochtend maken en één in de middag. Aan boord krijg ik een broodje als ontbijt, maar ik merk meteen dat ik dit kleffe broodje niet lekker vind. Ik had me beter moeten voorbereiden en iets anders moeten meenemen, maar de tijd ontbrak vanochtend. Vanaf morgen ga ik het anders aanpakken. Vandaag duik ik met instructeur Mauro en twee andere duikers, Ross en Anton. Na een uur en een half varen komen we aan bij Sail Rock. Het is erg druk met boten, dus we moeten een behoorlijk stuk zwemmen voordat we op het juiste punt zijn om te duiken. Dit vind ik behoorlijk zwaar.

De duiken zelf zijn echter geweldig. De hoeveelheid vissen is zo groot dat ik mijn instructeur vaak niet meer kan zien, ik zwem letterlijk in zijn vinnen. Overal om me heen zie ik scholen vissen, het is adembenemend mooi. Mijn favoriete vis is de Moorish Idol, de vis die je kent als Gil uit Finding Nemo (zie foto’s hieronder). Ze behoren tot de familie van de vlindervissen, die allemaal prachtig zijn, en het leuke is dat deze Moorish Idol vissen vaak in paren zwemmen en hun hele leven samen blijven. Hun hele leven duurt ook maar 2 tot 4 jaar gemiddeld.
Het koraal hier is levendig en kleurrijk, een echte onderwateroase. Beide duiken zijn lang, 51 en 59 minuten, vanwege veiligheidsredenen een maximum van één uur geldt.
Na de duiken voel ik me koud, ondanks mijn 3 mm wetsuit en een 2,5 mm shorty erover. Het lijkt niet genoeg te zijn. We moeten ruim een uur varen voor de middagduik, dus besluit ik op het zonnedek te blijven en zoveel mogelijk warmte op te nemen.

Tegen de tijd dat we voor de middagduik moeten klaarmaken, voel ik me moe en een beetje misselijk. Ross, die tijdens de eerste duik per ongeluk zeewater binnenkreeg, besluit niet mee te duiken. De middagduik is helaas minder mooi omdat het zicht erg slecht is. Op een gegeven moment wordt het water melkachtig, wat het onmogelijk maakt om de instructeur te zien. Hij draait zich om en geeft aan dat we niet verder kunnen en een andere richting op gaan. Na 40 minuten wordt de misselijkheid steeds erger en voel ik dat ik moet overgeven. Van schrik haal ik mijn ademapparaat uit mijn mond, maar in plaats van te kotsen stroomt mijn mond vol met zeewater. Snel stop ik het ademapparaat weer in mijn mond en zorg ervoor dat ik het water eruit krijg, maar de smaak van kots blijft hangen. Ik heb het ook ontzettend koud en geef aan bij mijn instructeur dat ik eruit moet. Na 43 minuten breken we de duik af en gaan we langzaam omhoog. Terug op de boot blijft de misselijkheid hangen, maar ik geniet van de warmte.

Eenmaal aan land maken we samen onze spullen schoon. Ik klets nog even na met Anton en Ross. Anton komt uit New York en is hier met zijn vriendin, terwijl Ross uit Canada komt en zijn vrouw meereist. Vandaag hadden de partners geen zin om mee te gaan, aangezien het een lange dagtocht was en geen halve dag. Anton zie ik morgen weer, maar Ross moet morgen werken.

Als ik terug ben in mijn accommodatie, loop ik naar mijn kamer, die hoger op de heuvel ligt. Ik moet een flinke, steile trap op en het lijkt wel een eindeloze klim voordat ik eindelijk op mijn kamer ben. Mijn dijbenen voelen ontzettend zwaar, mijn armen doen pijn en ik heb een enorme honger.

Ik neem een douche en ga even op bed liggen omdat mijn benen zo zwaar aanvoelen en de misselijkheid erger wordt. Wat volgt is een scène die zo uit The Exorcist zou kunnen komen. Ik moet zo verschrikkelijk overgeven dat alles wat ik heb gegeten, van mijn lunch tot mijn ontbijt, eruit komt. Na deze uitbarsting voel ik me wel herboren en een half uur later ga ik het dorp in om iets te eten.

Na een stevig ontbijt meld ik me om 07.30 uur opnieuw bij de duikschool. Vandaag duik ik weer met Anton, en zijn vriendin Tess is er ook. Jess uit Zwitserland voegt zich bij ons, en zo is mijn groepje compleet. Mijn begeleider is opnieuw Mauro, wat fijn is, want het is prettig om met dezelfde instructeur te duiken. Het scheelt in de communicatie en je weet beter wat je kunt verwachten.

Vandaag varen we naar een locatie die zo’n 30 minuten varen is. De zee is kalm, de zon schijnt en het is heerlijk. De omstandigheden zijn perfect voor een duik. Ik maak twee fantastische duiken. Tijdens de eerste duik zie ik ontzettend veel klein leven: zee-slakken, zee-komkommers, mini kreeftjes. Het is prachtig om te zien. De tweede duik is ook weer indrukwekkend, vooral door de barracuda’s. Van de kleine exemplaren tot de grotere, die wel meer dan een meter groot zijn. Ze zwemmen gracieus door het water, en het is fascinerend om ze zo dichtbij te zien.
Beide duiken duren meer dan 50 minuten, en ik ben blij te merken dat ik steeds efficiënter met mijn lucht om kan gaan. Bij het opkomen uit het water heb ik nog 80 bar over. Wat betreft het opstijgen zijn er een paar belangrijke regels. Als we 60 minuten onder water zijn, als de eerste duiker 50 bar heeft bereikt (of 70 als we verder van de boot zitten), of als iemand er acuut uit moet (zoals ik gisteren door de kou), dan stijgen we geleidelijk naar de oppervlakte.

Aan boord klets ik uitgebreid met een Spaanse vrouw die hier als duikinstructeur werkt. Ze vertelt honderduit over haar werk en haar leven hier, en ik voel een enorme nieuwsgierigheid om dit verder te verkennen.
Als we aan land komen, is het tijd om onze spullen schoon te maken en alles voor morgen in te pakken. Aan de bar klets ik nog even met Anton en Tess, en al snel komt Mauro erbij. Ik voel me hier echt op mijn plek. Francois spreekt me even aan en probeert me over te halen om mee te doen aan een nachtduik, maar ik geef aan dat ik erg moe ben en van plan ben vroeg naar bed te gaan.

Het is inmiddels 13.00 uur en ik rij met de scooter naar een pizzeria die slechts twee minuten van de duikschool vandaan ligt. Ik ben uitgehongerd en wacht vol verwachting op mijn pizza.
Terwijl ik mijn eerste punt pizza eet, begin ik het warm te krijgen en voel ik hoe ik begin te zweten. Mijn dijbenen voelen weer ontzettend zwaar aan en beginnen pijn te doen. Ik voel me ontzettend ongemakkelijk in mijn lichaam. Als ik aan mijn tweede punt begin, moet ik deze helaas wegleggen, omdat ik me onwel begin te voelen. Mijn focus wordt wazig, en ik zie ineens de ventilatoren rechts en links van me, terwijl ik weet dat er maar 1 is die in het midden hangt. Dit doet me denken aan een keer in de pizzeria in Zandvoort (geen grap dit!), waar ik ook flauw viel en hetzelfde gevoel van wazigheid had.

Ik wil niet flauwvallen, dus begin ik rustig te ademen: vier tellen in, zes tellen uit. Het ongemakkelijke gevoel verdwijnt echter niet en neemt juist toe. Mijn dijbenen doen zoveel pijn dat ik bijna niet meer kan zitten, en mijn rechterarm voelt gevoelloos aan. Ik probeer mijn rechterarm op te tillen, maar het lukt niet. Mijn arm krijg ik met geen mogelijkheid in beweging. Het voelt alsof mijn lichaam niet meer goed werkt, en ik ben bang om op te staan, omdat ik weet dat ik anders zal flauwvallen. Ademhalen wordt moeilijker en de pijn neemt toe. Ik kijk naar de oudere vrouw die de pizzeria runt en zeg: “I’m ill, I need help.” Zij kijkt me bezorgd aan en zegt met een Italiaans accent: “I don’t understand English.” Als ik niet in zo’n vreselijke situatie had gezeten, zou ik dit bijna grappig hebben gevonden, maar nu denk ik alleen maar: dit kan niet waar zijn. Haar man vraagt of ik naar de arts aan de overkant van de straat kan lopen. “I can’t walk and I need help,” antwoord ik. “We don’t speak English,” zegt hij.
Gelukkig loopt haar man naar de overkant en komt terug met een arts.

De arts vraagt vriendelijk wat er aan de hand is en hoe ik me voel. Ik leg uit dat hij direct contact moet opnemen met de duikschool en met mijn instructeur Mauro. Ik geef aan dat ik bijna flauwval, dat mijn gewrichten pijn doen en dat mijn rechterarm niet meer functioneert.
De arts vraagt of ik kan meelopen, maar ik geef aan dat ik echt niet in staat ben te lopen en dat ik hulp nodig heb. Even later komt hij terug met een medewerker, en samen tillen ze me op. Ze brengen me naar de kliniek aan de overkant, waar ik op een behandelbank wordt gelegd.

Op dat moment hoor ik een stem: “Hoi, ik ben Maxime, van SSS. Ik ben hier om te helpen.” Terwijl ik mompelend mijn verhaal herhaal, probeer ik niet flauw te vallen. Wat volgt is een blur van gebeurtenissen die ik me pas later precies herinner door een reconstructie met Max.
Max heeft contact met de duikschool en mijn DAN (Divers Alert Network) verzekering. Hij doorloopt een vragenlijst met me die ik zo goed mogelijk probeer te beantwoorden. Na een tijdje kijkt hij me aan en zegt dat hij vermoedt dat ik in decompressie ben, maar dat dit opgelost zal worden. Op dat moment kan ik niet anders dan huilen, omdat ik me ontzettend alleen en verdrietig voel. Max vertelt me dat hij dit zelf ook heeft meegemaakt, en dat alles goed zal komen. In mijn hoofd blijven een paar dingen ronddraaien: hoe kon dit gebeuren, ik heb me precies aan de adviezen van mijn duikcomputer gehouden (ik duik conservatief).  Ondertussen doet mijn lijf zeer en blijf ik rustig ademhalen om niet in paniek te raken.

Later, na wat uren lijkt, maar waarschijnlijk maar een paar minuten is, word ik door Max gewekt en wordt me verteld dat ik naar Ocean Medical kliniek zal worden gebracht, waar ze 100% zuurstof hebben. Dit is wat ik nu nodig heb. Lopen gaat op dit moment niet meer, dus Max tilt me in de auto. De pijn die ik voel is absurd, maar het is een pijn die ik achteraf nauwelijks meer herinner. Het menselijk lichaam (brein) is bijzonder, hoe wij pijn vergeten.

Aangekomen in Ocean Medical weet ik alleen nog dat Max me optilt en dat ik van de pijn moet huilen. Dan komen er ineens artsen om me heen. Bloed wordt afgenomen, mijn temperatuur wordt opgenomen en ik wordt ingepakt omdat ik aan het rillen ben van de kou. Max beantwoordt vragen voor me, want ik ben te verward om goed te spreken. Ik krijg zuurstof, en na een half uurtje merk ik dat ik aan het soezen ben.

Ik lig ongeveer twee uur aan de zuurstof en krijg een infuus tegen uitdroging. Toen de zuurstof werd afgekoppeld, voelde ik me meteen veel beter, en kon ik rechtop zitten voor de rest van het onderzoek. Ik kreeg water, want ik had gigantische dorst. De artsen deden wat testen en vroegen me om mijn arm en benen te bewegen. Mijn dijbenen voelen nu nog steeds gevoelloos aan, alsof mijn huid zo hard is – wat ook echt zo blijkt te zijn.

Een paar minuten later komt Sonia, een collega van Max, binnen. Ze is verbaasd dat ik alweer zo snel bij ben, en terwijl de artsen verder met me bezig zijn, krijg ik een briefing over wat er verder gaat gebeuren. Ze legt uit dat het geweldig is dat ik DAN als verzekering heb, want decompressieziekte moet snel behandeld worden. Ze vertelt dat ze binnen 30 minuten het rapport van de arts ontvangen en waarschijnlijk zullen aanbevelen dat ik vanavond nog een sessie in de decompressiekamer moet doen.
Samen met Sonia rijd ik naar de pizzeria om mijn schoenen op te halen, daarna scooter ik zelf (met Sonia achter me) naar mijn accommodatie. Ik neem een koude douche en ga daarna op bed liggen. Ik ben doodmoe.

Na een uurtje krijg ik een bericht van Sonia dat er nieuws is van DAN. Ik moet terug naar de kliniek om een röntgenfoto van mijn borst te laten maken. Als deze goed is, moet ik me melden voor een sessie in de decompressiekamer.
De röntgenfoto is snel gemaakt, en daarna ga ik naar het kantoor van SSS waar de decompressietank staat. Wanneer ik binnenkom, wordt ik vriendelijk begroet door Max, die me gaat begeleiden tijdens de sessie. Omdat ik zo verward was vanmiddag, herken ik hem niet en dat voelt vreemd. We krijgen een briefing over de tank, wat net als duiken is: een afdaling naar diepte terwijl ik zuurstof inadem.
Max vraagt hoe moe ik me voel, en ik geef aan dat ik zo moe ben dat ik eigenlijk wel op de bank zou kunnen slapen. Het is een 7. Tijdens de sessie in de tank verandert mijn moeheid van een 7 naar een 2, wat heel logisch is gezien het inmiddels bijna middernacht is.

De ervaring in de decompressie tank is indrukwekkend. Ik leer dat deze tank hier pas sinds twee jaar staat – daarvoor moesten mensen per boot naar Koh Samui, wat zo’n twee uur duurde. De SSS, een organisatie die draait op vrijwilligers, heeft enorm veel ervaring. Max is een professioneel onderwaterfotograaf en -filmer, heeft lesgegeven en helpt bij allerlei noodsituaties zoals mensen die vermist zijn in het water of natuurrampen. Sonia is duikinstructeur geweest bij Big Blue Diving en woont hier al meer dan 12 jaar. Ze zijn beide dus ook medisch opgeleid tot zekere hoogte.

Na de sessie in de tank ga ik naar huis en slaap ik diep. De volgende dag ontbijt ik met Max, en we hebben een langdurig gesprek over decompressie, over mijn hele tijdlijn van duiken en over gisteren zodat mijn gaten worden ingevuld. Ik ben dankbaar voor dit gesprek en ik leer hier ook enorm veel van.

Die middag heb ik een vervolg afspraak bij de arts in het dorp voor een laatste onderzoek. Mijn bovenbenen zijn nog steeds hard en gevoelloos door kneuzingen die het heeft opgelopen van de decompressie. De arts legt uit dat het harde gevoel en de plekken binnen een week of twee verdwijnen, en ook de spier in mijn linkerarm die spastisch trekt zal vanzelf herstellen. Mijn stem is hees omdat ik pijn heb gehad en moeite heb gehad met ademhalen en dit tijd nodig heeft om te herstellen. De misselijkheid kan langer aanhouden en ik moet de tijd nemen om goed te herstellen.

Het vliegen mag ik pas weer over 72 uur en duiken is voor een maand uitgesloten. De arts herhaalt verder wat Max me eerder vertelde over het mogelijke PFO (Patent Foramen Ovale), een aandoening waarbij er een klein gaatje in de bovenkant van de afscheidingswanden van mijn hart kan zitten. Behalve dat dit de compressie verhoogt kan dit later het risico op een beroerte verhogen, en aangezien ik blijf duiken, moet dit verder onderzocht worden als ik thuis ben.

 

Na alles wat ik tot nu toe gedeeld heb, wil ik nog een paar zaken verder toelichten:
1. Wat is decompressie?
2. Hoe heeft dit bij mij kunnen gebeuren?
3. Hoe voel ik me nu?
4. Wat is een PFO (Patent Foramen Ovale) en hoe ga ik nu verder?

Wat is decompressie?
Wanneer een duiker zich onder water bevindt, ademt hij samengeperste lucht in die zuurstof en stikstof bevat. Op grotere diepten verhoogt de druk op het lichaam, waardoor stikstof oplost in het bloed en de weefsels. Naarmate de duiker weer opstijgt en de druk afneemt, begint de stikstof uit de weefsels te ontsnappen. Dit proces moet langzaam en gecontroleerd plaatsvinden, omdat het anders schadelijk kan zijn. Dit noemen we decompressie.
Decompressieziekte, of ‘de bends’, kan optreden wanneer dit proces niet goed verloopt. De symptomen kunnen variëren van milde gewrichtspijn tot ernstige neurologische problemen, en in sommige gevallen zelfs de dood. Veelvoorkomende symptomen zijn:
* Pijn in gewrichten en spieren
* Duizeligheid en verwarring
* Ademhalingsproblemen
* Vermoeidheid
* Huiduitslag

Max en ik hebben hier uitgebreid over gesproken, en ik vroeg me af waarom decompressie tijdens de duikopleiding vaak zo summier wordt behandeld. Het blijkt dat organisaties zoals PADI en SSI hier weinig aandacht aan besteden omdat ze vrezen dat het potentiële duikers afschrikt. Dit maakt duidelijk hoe complex de duikwereld is, ondanks alle veiligheidsmaatregelen die er worden getroffen en dat zijn er veel.

Hoe is dit bij mij gebeurd?
Tijdens mijn Open Water opleiding leerde ik dat je decompressie riskeert als je niet conservatief duikt. Dit betekent dat ik de decompressiestop van 3 minuten op 5 meter niet serieus zou nemen of dat ik de maximale duiktijd zou overschrijden. Maar dat is nooit mijn intentie geweest, ik heb altijd geprobeerd de richtlijnen strikt te volgen.
Samen met Max heb ik mijn reis stap voor stap gereconstrueerd. Dit was ontzettend leerzaam, omdat het vaak in de kleinste details zit. Bijvoorbeeld:
* Vliegen: Ik heb veel gevlogen, en het drukverschil kan behoorlijk zwaar zijn voor je lichaam.
* Duiken: Vooral in Raja Ampat duikte ik veel, soms 3-4 keer per dag, ook als ik moe was. Ik negeerde mijn vermoeidheid, wat later duidelijk een verkeerde keuze bleek.
* Reizen in het algemeen: Het is een fysieke belasting om zoveel te bewegen, vooral in de hitte. Ik voelde mijn lichaam moe worden, maar ik ging gewoon door.
* Ziekte in Cambodja: Ondanks dat ik me niet lekker voelde, reisde ik door.
* Huiduitslag op mijn arm: Dit dacht ik aanvankelijk een planktonallergie, maar het zou ook een combinatie van allergie en decompressie kunnen zijn, omdat de uitslag opgezwollen was en niet alleen rood.
* Pijn in mijn heupen: De dag voor het incident voelde ik me ongemakkelijk, maar die pijn verdween toen ik het water in ging. Dit is een teken dat je lichaam de decompressie niet goed verwerkt.

Hoe voel ik me nu?
Het gaat goed! Het incident gebeurde op woensdag 8 januari rond 13:30 uur. Inmiddels, op maandag 13 januari, voel ik me weer energiek genoeg om dingen te doen zonder dat ik de rest van de middag moet slapen.
De afgelopen dagen waren zwaar, vooral vanwege de misselijkheid. Ik was zo misselijk dat ik ’s avonds moest overgeven, met wederom “Exorcist”-achtige taferelen. Alleen westers voedsel lijk ik enigzins te verdragen. Dit bleek een normale reactie op de behandeling die ik heb gekregen. Wat normaal gesproken binnen 10 minuten van mijn ontbijttafel gaat, kostte me de eerste week een uur. Daarna werd de misselijkheid langzaam minder, en sinds dinsdag 14 januari is deze helemaal verdwenen.

Wat nu?
Ik mag een maand niet duiken, en na veel e-mailcontact met de medische staf van DAN (Divers Alert Network) is het duidelijk dat ik thuis naar een huisarts moet. Deze huisarts moet ervaring hebben als duikarts. Als er een vermoeden is van een PFO (Patent Foramen Ovale), zal ik doorverwezen worden naar een cardioloog voor verdere testen. Mijn plan is om niet te duiken totdat het zeker is of ik een PFO heb.

Daarnaast wil ik mij ook verdiepen in het aanpassen van mijn duikroutine. Bijvoorbeeld door extra safety stops in te bouwen op 8 meter, of juist langer op 3 de meter blijven, dit allemaal afhankelijk van de duik. Daarnaast is het ook goed om. Mijzelf te verdiepen in het duiken met nitro en Trimax in plaats van zuurstof 21%. Zowel Nitrox als Trimax heeft een andere verhouding zuurstof welke gezonder voor je zijn echter hoor je hier wel een certificaat voor te halen omdat dit ook weer andere regels meebrengt wat betreft diepte en maximaal duiken.
Ik ga me de komende maanden verdiepen in deze kwestie en met de juiste mensen praten om alles goed te begrijpen en te leren.

Koh Tao heeft mijn hart gestolen. Omdat ik nu niet duik, kan ik het eiland en haar bewoners veel beter leren kennen, en dit bevalt me enorm. Ik ontdek de straatjes en de verborgen plekjes, rij door kleine dorpjes en heb inmiddels mijn favoriete adresjes voor ontbijt, koffie, en eten. Ik geniet van de rust en het lokale leven.
En eerlijk gezegd, ik heb nog nooit zo’n chaotische reis gehad. Ik heb meer tickets omgeboekt, hotels geannuleerd en last-minute gezocht naar een verblijf dan ooit tevoren. Ik heb ook meer dan ooit tevoren puur op gevoel mijn reis bepaald. Ergens blijven omdat het goed voelt is heerlijk. Toen ik realiseerde dat ik mijn visum voor Vietnam te laat had aangevraagd, voelde alles wat daarna kwam als minder problematisch dan ik van mezelf had verwacht. Ik heb eindelijk de tijd om te lezen, na te denken over mijn werk, over mijn leven in Nederland en vooral over wat ik voor mezelf wil de komende tijd. Als ik op de ochtend van de 15e besluit om mijn vertrek weer uit te stellen zijn het ook de lokale eigenaars van mijn aller eerste verblijf die het eiland rondbellen voor accommodatie.

Langzame ochtenden, nieuwe mensen ontmoeten, zwemmen in de zee en nieuwe plekken ontdekken geven me zoveel rust en plezier. Ik begin weer met hiken naar mooie uitzichten. Mijn energie is weer goed en mijn lichaam moet weer wennen. De hoofdfoto en het filmpje wat ik hieronder deel heb ik gemaakt op mijn laatste ochtend bij het John Suwan uitzichtpunt. Het uitzicht is echt geweldig en de klim geweldig uitdagend. Al was dit vergeleken met gisteren een eitje. Gisteren leek het mij handig om op mijn Birkenstock een hike te gaan doen, laten we zeggen dat dit niet het geval was en ik mezelf heb open geschuurd aan rotsen in zee, maar ja dat is een ander verhaal. Het uitzichtpunt is vernoemt naar twee vrienden: John en Suwan. Deze twee mannen ontdekte deze plek. Het geeft een uitzicht over Chalok Baan Kao Bay en Thian Og Bay beter beken als Freedom Beach (op links) en Shark Bay (op rechts).

Mijn oorspronkelijke vertrekdatum was 10 januari. Vanwege het incident werd dit 12 januari welke ik zelf nog verschoven heb naar 15 januari en tenslotte 18 januari. Inmiddels is het 18 januari, heb ik Koh Tao per boot verlaten en zit ik op het vliegveld van Koh Samui, wachtend op mijn vlucht naar Bangkok. Ik voel mij gelukkig en heb ook een klein beetje pijn in mijn hart.

Charlotte deelde laatst in haar persoonlijke blog de zin: ‘Partir c’est mourir un peu’ vertaald ‘Weggaan is een beetje sterven’. Deze uitdrukking komt uit het gedicht ‘Rondel de l’adieu’ van de Franse dichter Edmond Haraucourt (1856 – 1941). Weg gaan is voor mij altijd een beetje sterven. Ik hou in het algemeen niet van afscheid nemen of loslaten, ook al weet ik dat dit vaak juist heel erg goed is en nieuwe dingen brengt. “Partir c’est mourir un peu’, mijn hart is vol.