Selecteer een pagina
Maandag is het onze laatste dag in La Paz. De ochtend brengen we door met het aanvragen van een visum voor Australië en verdiepen wij ons wat meer in Bolivia.

Tijdens het grootste deel van de Spaanse koloniale periode werd het gebied, wat wij nu kennen als Bolivia, Opper-Peru genoemd. Na het uitroepen van de onafhankelijkheid in 1809 volgde 16 jaar van oorlog alvorens de republiek, genoemd naar Simon Bolivar, op 6 augustus 1825 werd opgericht. Bolivia heeft geworsteld met perioden van politieke instabiliteit, dictaturen en economische ellende. Bolivia is een democratische republiek. Het is een ontwikkelingsland, met een middelmatige index van de menselijke ontwikkeling en een armoedeniveau van 53%. Bolivia is zeer rijk aan mineralen, in het bijzonder tin. De Boliviaanse bevolking, geschat op 10 miljoen, is multi-etnisch, met bijvoorbeeld indianen, Europeanen en Afrikanen. De gesproken voertaal is Spaans, hoewel ook het Aymara, het Quechua en Guarani officieel zijn, evenals 33 andere inheemse talen. Het grote aantal verschillende culturen in Bolivia heeft veel bijgedragen aan een grote diversiteit op gebieden als kunst, gastronomie, literatuur en muziek.

Aangenomen wordt dat de oudste bewoners van Bolivia indianen zijn en dateren van ongeveer 13000 jaar voor Chr. Rond 1441 na Chr. wordt Bolivia door de Inca’s bestuurd. Rond 1545 werd Zuid- Amerika en dus ook Bolivia gekoloniseerd door de Spanjaarden. De nomadische indianen in het laagland ten oosten van het Andes-gebergte werden echter nooit effectief onderworpen door de Spanjaarden. Ook typerend in de Boliviaanse geschiedenis is het gebiedsverlies aan verschillende buurlanden, waardoor het land ook de toegang tot de zee verloor en een binnenstaat werd. In 1867 ruilde Bolivia met Brazilie delen van de Mato Grosso en Acre voor de vrije doorvaart op de Madeira, een belangrijke zijtak van de Amazonerivier.  Hiermee verkreeg Bolivia een uitgang naar de Atlantische Oceaan. In 1903 verklaarde de rest van Acre, toen een belangrijk rubbergebied, zich onafhankelijk en sloot zich bij Brazilië aan.
In 1884 verloor Bolivia samen met Peru de Salpeteroorlog van Chilli. Als gevolg daarvan moest het land de kustprovincie Litoral afstaan (nu de regio Antofagasta). Bolivia raakte hierdoor afgesneden van de Stille Oceaan waardoor de Boliviaanse Marine sindsdien in het Titicacameer oefent. Van 1932 tot 1935 was Bolivia in oorlog met buurland Praguay. Deze Chaco oorlog was het gevolg van de mogelijke vondst van olie op de Chaco Boreal, een groot dunbevolkte savanne. Meer dan 80.000 Bolivianen verloren het leven, mede door een slechte organisatie en uitbraak van ziekten en gebrek aan water in het zeer dorre gebied. Uiteindelijk veroverde Paraguay grote gebieden op Bolivia. In 1952 vond een revolutie plaats. Indianen hadden voor die tijd geen burgerrechten, maar de revolutie gaf hun voor het eerst recht op inspraak. De tinmijnen werden genationaliseerd en de landbouwgronden herverdeeld. 
In 1964 nam het leger het heft weer in handen. Op 8 oktober 1967 werd Che Guevara opgepakt tijdens een door de CIA georganiseerde militaire operatie van het Boliviaanse leger. Guevara werd door het Boliviaanse leger geëxecuteerd. In 1982 is de militaire macht overgedragen aan een burgerregering. De spanningen tussen het land en Chili kwamen weer tot uiting bij de Boliviaanse Gasoorlog in 2003.

In de middag verhuizen we eerst van onze airbnb in het centrum naar een klein hostel op loopafstand van de luchthaven. De luchthaven ligt dus niet in La Paz maar in El Alto. El Alto is officieel een voorstad van La Paz en ook de snels groeiende stad. De verwachting is dat in de toekomst alle centrale activiteiten van La Paz zullen verhuizen naar El Alto. Nadat we geïnstalleerd zijn, nemen we de teleferico die ons richting het centrum brengt. Daar drinken we eerst een wijntje in een kleine wijnbar. Op de kaart staan allemaal Boliviaanse wijnen uit de streek Tarija. We kiezen een Riesling die prima smaakt en de interesse naar de Boliviaanse wijnstreek is gewekt. Na een wijntje gaan we eten bij Ali Pacha. Het eten is geheel veganistisch en smaakt ons voortreffelijk. Ook hier drinken we weer een wijntje uit de streek van Tarija. Na het eten is het tijd om terug te gaan naar El Alto waar we onze tas gaan pakken want morgen gaan we op pad.

Dinsdag hebben we een vlucht ‪om 10.00 uur‬ naar Rurrenabaque. De vlucht duurt ongeveer 40 minuten en brengt ons naar de Amazone. Vanuit de lucht zie je de rivieren door de eindeloze groene ruimte slingeren. Zodra we landen, is het alsof je in een warm bad stapt. De lucht is vochtig en je zweet direct. Vanaf het vliegveld zou er een 3 uur durende jeep tocht op het programma staan naar Santa Rossa. De jeep is nergens te vinden en we stappen samen met nog 2 Nederlanders in een kleine Nissan die ons in 3 uur over een onverharde weg naar Santa Rosa brengt. In Santa Rosa worden we naar een houten sloep gestuurd. Hier staan 6 Israëliërs en samen vormen we een groep voor de komend 3 dagen. Onze gids is Reynaldo. Als onze bagage en het eten voor de komende dagen aan boord is vertrekken we. Binnen een paar minuten zien wij al direct roze dolfijnen die heel rustig door het water bewegen. Onderweg naar ons basiskamp komen we ook aapjes, die op ons springen, en prachtige vogels tegen. Na een uurtje of 2 varen, komen we aan bij ons basiskamp. Alles is op hoge palen boven de grond en het water gebouwd vanwege de wilde dieren. In het water voor ons kamp zit een kleine alligator en een grote zwarte kaaiman van ongeveer 4 meter. Onze gids speelt er een beetje mee. Aan het einde van de middag varen we naar een een veldje waar we de zonsondergang zien. De zonsondergang is prachtig, maar zodra de zon is verdwenen komen de muggen. En ze komen met zwermen tegelijk. In de boot terug naar het kamp doen we onze zaklampen aan en spotten hiermee de ogen van de dieren. Verschillende alligators en kaaimannen zijn zichtbaar maar ook vogels. In het licht zie je ook de muggen ondertussen met miljoenen tegelijk voorbij komen. Na het eten spelen we nog een potje kaart maar de beestjes blijven overal aanwezig dus verplaatsen Ester en ik ons naar de kamer. Na een korte inspectie waarbij er al ongeveer 16 muggebulten zijn vastgesteld op mijn bil kruipen we onder de klamboe en een onrustige nacht zal volgen.

Woensdag worden we al vroeg wakker van de natuur. Vannacht was de natuur ook erg aanwezig. Kaaimannen en alligators zijn ‘s nachts actief en plonzen om onze hut heen. Het heftige onweer heb ik gemist, maar de kikkers (denk ik) heb ik wel horen brullen. Als ik op het toilet zit die ochtend schrik ik mij kapot omdat er een kikker in de pot rondspringt en niet weg te spoelen is. Na het ontbijt stappen we in rubberen laarzen en gaan we weer aan boord. Na een half uurtje varen stappen we uit en baggeren we in een veld door de modder. Het is tijd om op zoek te gaan naar een Anaconda. Ratelslangen en Cobra’s kan je hier ook vinden. Na 20 minuten door de bagger te ploeteren waarbij ik er achterkom dat mijn linkerlaars zo lek is als een mandje, vind ik het wel genoeg. Samen met het Israëlische meisje sta ik te kletsen en Es gaat samen met 1 van de jongens de eieren van een slang bekijken. Dit blijken eieren van een cobra te zijn. Van de slang zelf zien we gelukkig niks.
Na de lunch gaan weer het water op en dit keer is het tijd om op Piranha’s te vissen. We krijgen een stukje draad en wat vlees en gaan aan de slag. Mijn carrière als visser heb ik al op hele jonge leeftijd afgesloten en ik wist vandaag precies weer waarom. Ik wil geen aas op het haakje rijgen en eigenlijk wil ik ook geen vis vangen, want dan moet ik hem eraf halen. Ik heb vroeger ooit een keer een vishengel gekregen van mijn oom Richard uit Polen. Het was een hele mooie hengel wel zonder molentje weet ik nog. Ik ging elke dag fanatiek naar de sloot toe. Daar deed ik een klein stukje brood aan de haak en gooide de hengel vervolgens in het water. Ik heb 1 keer een klein zwart met wit visje aan de haak geslagen. Die durfde ik er zeg niet af te halen, dat moest mijn buurjongen doen die aan het kijken was. De keren erop als ik ging vissen en ik zag een vis in de buurt van de haak komen dan haalde ik de hengel maar uit het water. Dat zal ook wel een van de laatste keren zijn geweest dat ik ben gaan vissen. Maar weer even terug naar het Piranha vissen. Ze zijn superslim en snel. Ik heb geen succes gehad en het leek meer op Piranha voederen, zoals ze al het vlees van de haak gegeten hebben. Ester heeft veel geduld gehad en dat werd beloond met 1 sardien-achtige (die gelijk in stukken werd gesneden zodat je hier weer mee op de Piranha’s kon vissen) en een rode Piranha. Vlak voordat de zon onder ging, waren we terug in het kamp. Daar hebben we genoten van het eten (de gevangen piranha’s stonden ook op het menu) en een potje pool voordat we weer in ons bed kruipen. 
Donderdag worden we gaar wakker na een nacht waarbij we veel wakker zijn geweest. Wat we eerder voor kikkergeluid hebben gehouden, blijken aapjes te zijn die de hele boel bij elkaar schreeuwen. Na het ontbijt gaan we de boot in op zoek naar roze dolfijnen. Als we ze vinden, springen we het water in. Ik schrik een beetje van Ester haar billen. Het lijkt in eerste instantie op luieruitslag maar het blijken muggenbulten te zijn. We gooien met flessen over het water en daar spelen de dolfijnen weer mee. Ze zwemmen onder je door en langs je heen. Sommige mensen worden ondertussen ook gebeten. Deze Amazone dolfijnen zijn ongeveer 2 meter en roze. Ze worden ook wel Bufeo genoemd. De roze kleur wordt veroorzaakt doordat de huid erg delicaat is en je de bloedvaten ziet lopen.
Na een ochtendje zwemmen, is het tijd om terug te gaan naar het kamp om daar te lunchen en onze tassen te pakken. Vanuit Santa Rosa nemen we samen met 1 Israëlisch meisje en haar vriend een jeep naar de luchthaven. De chauffeur rijdt als een dolle over de onverharde weg en na een uur rijden begint de auto een geluid te maken wat niet helemaal klopt. Na herhaaldeijk rond de auto te lopen, weer door te rijden en weer te stoppen zien we dat er onder de auto iets is afgebroken en dat dit over de grond sleept als we rijden. Wij kunnen dus niet verder. Na enige tijd stoppen er 2 andere auto’s waaronder 1 met de rest van de jongens uit onze groep. Ze bieden aan te ruilen zodat zij gaan wachten op vervangend vervoer en wij door kunnen naar de luchthaven. Dankbaar wisselen wij om en vervolgen onze rit naar het vliegveld. Na 40 minuten vliegen komen we weer aan in La Paz. We merken direct weer dat we op ruim 4.000 meter zijn want Ester voelt zich gedesoriënteerd en ik hijg als een molenpaard. We lopen terug naar ons hostel waar ons een onaangename verrassing te wachten staat. Ondanks de reservering die wij gemaakt hebben voor ons uitstapje naar de Amazone, hebben ze toch geen ruimte voor ons. We kunnen onze backpack pakken die we daar hebben gelaten en staan weer op straat. We houden een taxi aan en gaan naar het dichtstbijzijnde hotel. Onze kamer ziet er prima uit. Het bed is zacht genoeg en de douche is redelijk warm. Wel vinden we de rode hartjes die als lamp fungeren aan de muur een beetje kitsch en het witte leer als hoofdeind achter het bed een beetje heftig. De volgende ochtend vinden we een condoom verpakking op de vloer. Blijkbaar wordt deze kamer als liefdes suite gebruikt.

‪Vrijdagochtend is het weer tijd om richting het vliegveld te gaan. Hier genieten we eerst van een heerlijk kopje koffie bij Juan Valdez voordat we in het vliegtuig stappen naar Santa Cruz.‬
Santa Cruz de la Sierra, kortweg Santa Cruz, wordt met ruwweg 1,5 miljoen inwoners gezien als de grootste stad van Bolivia.
Santa Cruz de la Sierra werd voor de eerste maal gesticht op 26 februari 1560 door Ñuflo de Chaves. De stad, “Heilig Kruis van de Heuvels”, is vernoemd naar zijn geboortestad in Extremadura in Spanje. De originele plek van de stad ligt 220 kilometer ten oosten van de huidige locatie. Na een aantal conflicten met indianen uit het gebied verhuisde de stad in 1592 naar de oever van de rivier Pirai, aan de voet van de Cordillera Oriental. 
Santa Cruz leverde katoen, rijst, suiker en fruit aan de Spaanse kolonies. Het was een welvarende stad tot in de 19de eeuw, toen handelsroutes vanuit de havens van Peru geïmporteerde producten goedkoper maakten. Door een programma vanuit de overheid in de jaren 50 werd Santa Cruz beter bereikbaar door middel van geasfalteerde wegen en een spoorweg naar Brazilië, waardoor de (tropische) landbouw weer opbloeide. Tegenwoordig geldt Santa Cruz als de modernste, meest dynamische en voortvarendste stad van Bolivia.

Zaterdag gaan we shoppen in een moderne mall en lunchen we bij een fantastisch Aziatisch restaurant. We sluiten de middag af met bowlen wat hilarisch is. Zondag zijn we alle twee wat moe en komen we traag op gang. We zijn een beetje moe en dan werkt het tropische temperatuur ook niet mee, dus doen we rustig aan. We slenteren door de stad langs mooie pleinen en een kathedraal die helaas gesloten is. Het is een moderne stad maar door de opzet voelt het ook weer kleinschalig aan. Thuis aangekomen is het tijd om onze reis na Zuid Amerika verder te plannen. Dit blijkt allemaal nog zo makkelijk niet want een ticket van Rapa Nui (Paaseiland) naar Frans Polynesië (Tahiti) komt neer op €1.200 per persoon en dat is geen geld wat we nu zomaar over hebben. We moeten nog even nadenken hoe we dit probleem gaan aanpakken, misschien tijd voor een crowdfunding.

Eindstand kaarten:
Essie:60
Nath:58