Voor de kust van het eiland zie je de bekende rots in het water die je tijdens de intro van Expeditie Robinson op tv ziet.
Na een klein uurtje zwemmen wij weer terug naar de boot. Als je de baai van Cadlo Island uitvaart zie je El Nido al liggen. Na ongeveer 15 minuten varen wij de haven binnen en is deze geweldige expeditie ten einde gekomen. We gaan allemaal van boord en na een afscheid loop ik samen met Ester, Suus en Thijs richting de hoofdstraat. Hier drinken wij samen nog biertje om vervolgens ook afscheid van te nemen. Ester en ik vervolgen onze weg naar het hostel. De wegen zijn grotendeels nog onverhard en hoewel het er druk is, is het nog niet extreem toeristisch. Na een uitgebreide douche waarbij we het zout van 3 dagen van ons lijf en uit ons haar spoelen genieten we van een heerlijke veganistische lasagne en mac-n-cheese. We lopen nog een beetje door het dorpje voordat we vroeg in bed stappen.
Woensdag starten wij rustig op. We ontbijten voor onze kamer en maken plannen voor de dag. We besluiten vandaag de Iwahig gevangenis te bezoeken. Deze gevangenis is uniek omdat er geen muren omheen staan en er toch bijna nooit iemand ‘ontsnapt’. De gevangenis en het land eromheen hebben een oppervlakte dat ongeveer twee keer zo groot is als Parijs en bijna 3.000 gevangenen werken en leven hier samen alsof het een groot dorp is. Als toerist kan je deze gevangenis blijkbaar gewoon binnenwandelen en zien hoe het is om hier te wonen.
We kopen bij een klein winkeltje een groot pak koekjes, wat zakjes chips, snoep en een paar pakjes sigaretten. Vervolgens regelen wij een tricycle die ons naar Iwahig wilt brengen. De rit er naar toe duurt ongeveer een uur. Bij het begin van een lang pad staat er een bord met Welcome to Iwahig. Daarnaast staat een klein hokje waar een bewaker in staat. De slagboom staat half omhoog. Ik stap uit en ik moet mij legitimeren. De sigaretten worden helaas in beslag genomen. Volgende keer wat beter verstoppen. Vervolgens is het nog ongeveer 15 minuten rijden naar de recreatie hal.
Iwahig werd in 1904 gebouwd toen het land nog onder Amerikaans bewind stond. Hier werden de politieke gevangenen en de ergste criminelen naar toe gestuurd. Het was toen nog een gevangenis met een zeer zwaar regime. Deze gevangenis is gelegen op 26.000 hectare land. Dit is ongeveer twee keer zo groot als Parijs. Een gedeelte van het land wordt benut voor rijstvelden. Alle gevangenen die in Iwahig binnenkomen vanuit de gevangenis uit Manila beginnen met het werken op het land. Voor een bepaalde periode worden ze gescreend en daarna is er een mogelijkheid om te solliciteren op een andere baan waarvoor ze ook opgeleid worden. Zo leren de gevangen er een vaardigheid. Zoals vissen, schilderen, timmeren of metselen. Ook is er een mogelijkheid dat ze als hulp in de huishouding van de bewakers komen. Deze wonen namelijk ook op het terrein.
Ze werken hier met drie afdelingen; maximum, medium en minimum. Op welke afdeling je zit, is afhankelijk van je gedrag en hoeveel jaar straf je nog te gaan hebt. Elke afdeling heeft een andere vorm van vrijheid binnen de gevangenis. De medium en minimum gevangenen zitten niet opgesloten en werken binnen de gevangenis. De gevangenis lijkt hierdoor gewoon op een rustig dorp met een ontzettend mooie omgeving. De gevangenen lopen niet weg omdat de kans groot is dat ze niet ver komen. Wanneer ze dan gepakt zouden worden, krijgen ze extra jaren celstraf en moeten ze terug naar de maximum afdeling, zonder vrijheid. Dit is ook de reden dat er bijna geen incidenten van geweld of diefstal voorkomen. De mensen zijn blij met de vrijheid die ze hebben en willen dit niet op het spel zetten.
Verder zijn er visvijvers, kokosplantages, maisvelden en moestuinen op het terrein aanwezig. Het terrein is omgeven door een dik mangrovebos en bergen.
Slechts een grote sleuf houdt de ruim 3.000 gevangen binnen. Vee, honden, geiten, ganzen en eenden alles loopt hier rond. Zo is er ook een animatie groep en met deze jongens maak ik kennis in de recreatie ruimte.
John heet ons van harte welkom. Hij laat ons zien wat de gevangenen allemaal maken. Wij kopen een klein portemonnee die hij gemaakt heeft. John spreekt 10 woorden Nederlands en vertelt trots dat hij erbij was toen Floortje Dessing hier op bezoek was. Hij zet Nederlandse muziek aan en zo blèr ik mee met het nummer Sterrenstof. Samen met wat andere jongens geeft hij een dansoptreden. Na het optreden raken wij aan de praat. Ester en ik vertellen over onze reis en hij is oprecht benieuwd naar wat er zoal in de wereld gebeurt. Ik vergeet even dat deze jonge kerels al behoorlijk wat op hun kerfstok hebben. Veel van hen hebben al jaren geen bezoek ontvangen, simpelweg omdat zij zelf uit Manilla komen en de familie een bezoek aan de Iwahig gevangenis op Puerto Princesca niet kan bekostigen.
John is erg open en vertelt zijn versie van het verhaal waarom hij hier is beland. Hij is in zijn jeugd verlaten door zijn ouders. Zijn stiefvader was nog wel in beeld, maar zijn moeder is vertrokken naar Denemarken. Rond zijn 16e kwam hij erachter dat hij halfbroertjes heeft. Op een dag is hij samen met zijn jongere halfbroertje op de motor in Manilla. Ze worden aangehouden door twee dronken politieagenten. Deze spreken John en zijn halfbroertje aan op het feit dat ze geen helmen dragen. Het gesprek wordt een woordenwisseling waarna de agenten John in elkaar slaan. Zijn halfbroertje wil hem helpen en dan wordt hij neergeschoten door 1 van beide agenten. John krijgt op dat moment een waas voor ogen en vecht totdat hij het pistool bemachtigt en schiet beide agenten neer. In zijn voet zien wij de kogel nog zitten en ook zijn gezicht is beschadigd. Hij is toen naar huis gegaan en heeft alles opgebiecht aan zijn stiefvader. Deze werkte op dat moment bij de politie en heeft ervoor gezorgd dat John in een jeugddetentie inrichting terecht kwam. Als hij naar het politiebureau zou zijn gebracht zou hij direct vermoord zijn door de collega’s van de omgekomen politieagenten. Op zijn 18e heeft John zijn schuld bekend. Hij heeft 10 jaar in de gevangenis in Manilla gezeten. Hier zitten 38.000 gevangen in veel te kleine ruimtes bij elkaar. Hij zat bij een Russische gang met de naam Spoetnik. Deze gang had ruim 7.000 leden. Hij laat zijn tatoeage zien van zijn tijd bij deze gang. In Manilla was hij elke dag bezig om te overleven. In de 10 jaar heeft hij twee grote opstanden meegemaakt en verschillende aanslagen overleefd. In deze gevangenis was er ook ruimte om bezoek te ontvangen gedurende kerst. Zo zijn zijn 2 dochters verwekt. Nu zit hij alweer 5 jaar hier in Iwahig. John vertelt veel en het is een indrukwekkend en interessante dag. Wanneer wij het snoep uitdelen, vallen de jongens aan. Ze werken voor hun eten maar er is geen geld voor extra’s. Ik vraag aan John wat zijn droom is. Hij vertelt dat hij graag andere landen wilt bezoeken. Aan het einde van het jaar komt hij vrij. Ik hoop dat zijn wens uitkomt.
Aan het einde van de dag hebben Ester en ik afgesproken met Suus en Thijs. In hun hotel genieten wij van wat biertjes en de jacuzzi. We kletsen wat we die dag hebben meegemaakt en hoe we dit hebben ervaren. Ook kletsen wij over werk, Nederland, vrienden en meer. Het is bijzonder hoe makkelijk en goed het klikt tussen ons vieren. Voor mij en Ester is het een beetje: home away from home. Het hebben van vrienden, het delen en toch het reizen wat een fijne combinatie! Na de jacuzzi lopen we we door naar de foodmarkt die achter hun hotel ligt. De foodmarkt ziet er ontzettend gezellig uit en is leuk aangekleed. Aan het einde nemen we voorlopig afscheid want we zullen elkaar in Siagaro weer zien.
Eind jaren tachtig werd Siargao ontdekt door twee rondreizende surfers. Een Australiër en een Amerikaan die op zoek waren naar de perfecte golf. Deze golf werd hier gevonden. Langzaam aan verspreidde het zich als een lopend vuurtje en kwamen er steeds meer surfers naar het eiland, waaronder ook een bekende fotograaf. Hij maakte in 1992 een artikel over Cloud 9 en dit werd door velen gelezen in het toen bekende Surf-magazine. Cloud 9 is benoemd in de top 10 beste surfplekken ter wereld. Vanaf 1998 worden hier jaarlijks in september Surf kampioenschappen gehouden. Maar ook de schoonheid van dit paradijs bleef niet onopgemerkt wat een bezoek aan dit eiland naast het surfen extra speciaal maakt.
De rit van de luchthaven naar General Luna, waar wij in de buurt verblijven, duurt ongeveer 40 minuten. Onderweg zie ik kleine nederzettingen van bamboe waar de lokale mensen wonen. Kinderen die hier basketbal spelen en waar de honden, kippen en andere dieren over de onverharde weg lopen. Ze lachen, maken grapjes, het ziet er vrij en ongedwongen uit. Wij besluiten om op het strand te eten. Een lokale jongen die ons helpt wil graag wat Nederlandse woorden leren. Hiervoor in ruil leert hij ons Filipijns. Of zoals hij het uitspreekt: Pilipino. Ons verblijf voor de komende 9 dagen is een oase van rust. We nemen nog even een duik voor het slapen gaan en ik kijk er nu al naar uit om morgen dit eiland te ontdekken.
Vrijdag ontbijten wij eerst buiten de deur. Je kunt hier overal fruitsapjes en bowls krijgen en het smaakt heerlijk. Hierna is het tijd om een scooter te huren. Deze houden wij zolang wij hier zitten, want hoewel het allemaal niet groot is, is het zeker niet op loopafstand. We hebben de hele dag rondgereden. Diverse strandjes bezocht en winkeltjes bekeken. Siagaro is sinds 3 jaar in opkomst en dit merk je. Zo is de hoofdweg die over het eiland loop geasfalteerd. Ook zie je de kleine bamboehutjes afgewisseld met luxe resorts. Het leeft hier allemaal naast elkaar. Ze verwachten dat het over 10 jaar op Bali zal lijken. De mensen die wij tegenkomen zijn ontzettend vriendelijk. Sommige willen je wat verkopen en een ander wil alleen een praatje maken. Het eiland zelf is groen met ontelbare palmbomen.
We rijden naar de haven waar we Eddy ontmoeten. Met hem maak ik de afspraak om hier de 26e om 8 uur klaar te staan zodat hij ons mee neemt op zijn boot langs 3 eilanden. We kunnen op die eilanden snorkelen en picknicken. Het uitwisselen van nummers gaat wat lastig. Voor het eerst in vele jaren ken ik mijn eigen telefoonnummer niet meer uit mijn hoofd. En een sms versturen gaat niet. Ik hoop maar dat dit uitstapje goed komt maar ik ben ontspannen genoeg om erop vertrouwen dat er anders wel een ander bootje is wat ons kan helpen.
Ester en ik zijn vandaag ook op zoek naar een paar singletjes. We hebben weinig doordat het één en ander al is overleden. Wij gaan alle winkeltjes af maar kunnen weinig leuks vinden. Op een gegeven moment zie ik een mooi topje aan een rek tussen twee bamboe huisjes. Als ik het shirtje van dichtbij bekijk zie ik dat er gaten in zitten en besef ik mij dat ik de kleding aan het bekijken ben aan iemand zijn waslijn. Een mooi moment om om te draaien en snel weg te lopen.
We nemen aan het einde van de dag een Vinyasa yoga les die heerlijk voelt voor zowel mijn lijf als hoofd. Onze docente is van Amerikaans en Filipijnse afkomst. Ze vertelt dat ze geboren is in Californië maar altijd al naar de Filipijnen kwam voor de vakanties. Nu woont ze hier definitief en ze voelt zich hier thuis. Ze zegt dat het soms lastig is om de vele veranderingen en groei te zien. Maar dat het er ook bijhoort. We eindigen de dag bij een heel klein vegan café met een heerlijke wrap en een ijskoud biertje.
Zondag liggen wij al om 6.30 uur in het water. De golven zijn niet geweldig en het is ook al erg druk op het water maar het lukt ons toch om zelfstandig wat golven te nemen. Het voelt zo fijn en vrij. Na 2 uurtjes op het water zijn wij uitgespeeld. Wij gaan vervolgens ontbijten met een bowl en verse sap bij Shaka. Wanneer wij terug in ons huisje zijn is het tijd voor een kop koffie en kleden wij ons om.
Vervolgens stappen Ester en ik op de scooter en rijden wij eerst naar Doot Beach. De rit er naar toe duurt ongeveer een half uur en wij zien een prachtig stuk van het eiland waar de locals wonen en weinig toeristen komen. Het asfalt stopt aan het einde van een klein dorp en gaat over in een kiezelweg vol gaten. Aan het einde van de onverharde weg zien wij eindelijk het turquoise water liggen en een enorm groot strand. Ik zie wat mensen in zee liggen en andere wandelen over het strand. Het is er rustig en in zee zie ik andere eilanden liggen. Wij kijken even rond en dan besluiten wij om vanuit hier door te rijden naar Secret Beach. De omgeving is heuvelachtig en prachtig met uitgestrekt tropisch groen. De locals die wij onderweg tegenkomen zwaaien en roepen ons vrolijk na. Ik zie kinderen op straat spelen en een man die met een varken wandelt. Wij parkeren onze scooter en gaan te voet verder. Vanaf de weg moeten wij namelijk nog 15 minuten door het tropische bos lopen waar ook oneindig veel palmbomen staan. Midden op het pad staat er een enorme waterbuffel die het pad blokkeert. Ondanks dat hij aan touw staat ziet hij er woest uit. Wij twijfelen even om door te lopen maar dan neemt Ester het initiatief en ze loopt snel met een boog langs de stier. Ik kijk even toe hoe het gaat en loop er vervolgens snel achteraan. De waterbuffel zwaait loom met zijn staart en kijkt ons na. Als we het bos uitlopen komen wij uit bij een kleine baai en de turquoise gekleurde zee. Wat een ontzettende leuke verassing. We maken wat foto’s en genieten van de rust. Wanneer wij aan het einde van de dag weer terug zijn in ons dorp General Luna. Zodra we het dorp binnen rijden zien we dat de stroom is uitgevallen. Je hoort overal de nood generators draaien. Dit hoort er bij op een eiland. Wij rijden door naar de White Banana. Dit is een ontzettend leuk strandtentje wat een beetje verscholen ligt vanaf de weg. We drinken een vers sapje en kletsen gezellig. Ik vraag mij af met alle palmbomen die hier staan en de kokosnoten die eronder liggen of er wel eens mensen geraakt zijn en of je het dan wel overleeft. Wij zien ook dat de palmbomen die op de plaatsen staan waar veel toeristen komen ontdaan zijn van de kokosnoten. Wij genieten nog even van de live muziek en de omgeving. Wat een fijne afsluiter van de week
Essie:77
Nath:76
De wereld is mooi!
Helemaal mee eens! X