Selecteer een pagina
Maandag begint met een wekker die iets te vroeg af gaat. De stroom is vannacht uitgevallen. Hierdoor deed de airco het niet meer en zijn wij een paar keer wakker geworden vanwege de warmte. Ook het gejank van een roedel honden en het getrippel van de ratten op het dak hebben voor een onrustige nacht gezorgd. Gelukkig maakt een duik in het water alles goed. Het water is zo helder en warm. Ester en ik surfen ongeveer twee uur en gaan dan uitgebreid ontbijten bij Shaka. In de middag rijden wij eerst richting de Tayangban Cave Pool. Dit is ongeveer 40 minuten rijden met de scooter. Wanneer wij aankomen krijgen wij van onze gids een helm op en een zwemvest aan. Blijkbaar is dat nodig hier. Ester en ik lopen samen met de gids eerst door een kleine canyon. Eenmaal in de grot gaat de zaklamp van onze gids aan. We zien een prachtige grot vol zoutkristallen en stalagmieten. Zo lopen wij door de deze grot, onder de weg waarop ik net nog stond. Binnen in de grot is een klein meer. Hierin mag ik zwemmen. Aan het plafond hangen er vele kleine vleermuizen. Ik bedenk mij dat ik mijn mond dicht moet houden als ik omhoog kijk. Dit avontuur in de grot is behoorlijk uit mijn comfortzone. Eerst de grot, dan het meer en de vleermuizen. Het voelt benauwend aan met alleen maar muren om mij heen. De ruimte waardoor ik hier naar toe ben gekropen is smal, laag en vol water. Na zo’n 20 minuten vinden Ester en ik het wel genoeg geweest en staan wij weer buiten. Buiten is er een stijger gebouwd waarvan je af kan springen. Je springt dan zo het water in wat uit de grot het mangrove bos instroomt. Met een hoge gil spring ik het water in. Dit is lang niet zo hoog, en spannend, als het springen van de rots tijdens de expeditie in Palawan. Na dit avontuur stappen wij weer op de scooter. Wij hebben nog 40 minuten te gaan tot de Magpupungko pool. Dit is een natuurlijke infinity pool die ontstaat wanneer het eb is. Omringd door een groot rif is deze pool gescheiden van de zee en gevuld met extreem helder water dat allerlei kleuren groen en blauw heeft. Als wij aankomen ben ik eerst ontzettend teleurgesteld omdat het er anders uitziet dan wat internet mij liet zien. Je ziet van deze infinty pool namelijk altijd de meest mooie foto’s voorbij komen, waarbij ik de tropische jungle, de pool en de zee zie. In real life moet je eerst toegangsgeld betalen voor je scooter, vervolgens parkeergeld voor je scooter en daarna ook nog eens toegangsgeld om het strand op te mogen wat weer toegang geeft tot de pool. Het strand is daarbij omringd door een muur met heb en zodra je het hek door bent en op het strand staat, ben ik zeker niet alleen. Het voelt alsof ik in een toeristische attractie ben beland. Op de achtergrond zie ik inderdaad de jungle en ook een stenen trap. Vroeger kon je op deze wijze hierheen komen en dat ziet er een stuk avontuurlijker uit. Ester en ik lachen de teleurstelling weg en besluiten om te zwemmen in het heldere water. Het is er wel echt prachtig en we kunnen dan toch nog genieten.

Zowel op de heenweg naar Magpupungko pool als op de terug weg naar General Luna zijn wij door verschillende kleine gehuchten gereden. Het valt ons op hoe ontzettend vriendelijk de mensen zijn. Volwassen en ook kinderen zwaaien en roepen naar ons. Een paar jongetjes die achterop een pick-up staan maken grapjes. Meisjes staren ons na en zwaaien even. Onderweg zie ik veel motoren en ook scooters met 3 of wel meer personen erop voorbij komen. De Filipijnse mensen hebben een prachtige gulle lach. 
Buiten het dorp General Luna en dus buiten het gebied waar de meeste toeristen verblijven krijg ik een veel duidelijker beeld van Siagaro. Siagaro is namelijk (net zoals op veel plaatsen in de Filipijnen) arm. Siagaro was één van de armste gebieden in de Filipijnen. De mensen op dit eiland leefden van de visserij en van het exporteren van kokosnoten. Het eiland staat bekend om de oneindigheid aan palmbomen. 
Met de komst van toerisme is er ook werkgelegenheid gekomen. Door het geld wat de mensen hiermee verdienen, is de kwaliteit van leven beter geworden. Natuurlijk is er ook een keerzijde. Vele buitenlanders en slechts enkele eilandbewoners hebben geld geïnvesteerd in hotels, hostels en resorts. Hierdoor zijn het niet de inwoners die rijker worden van de toeristen, maar de buitenlanders. De overheid heeft gezien dat Siagaro geld op kan leveren en heeft hierdoor mede geïnvesteerd in geasfalteerde wegen op het eiland. Ook is er ter promotie van het eiland een romantische surffilm hier opgenomen. Dit zorgt voor bekendheid binnen de Filipijnen zelf. Het toerisme is de afgelopen 3 jaar dan ook extreem gegroeid. Op Siargao zie je dat er overal stukken land te koop worden aangeboden. Vroeger was dit land niks waard en konden mensen hun huis neerzetten waar ze maar wilden, ongeacht of het hun eigendom was of niet. Dit is zoals het altijd is gegaan. Nu worden stukken grond verkocht aan investeerders die er resorts bouwen. Kleine huisjes en hele families verdwijnen. Sommige kopers helpen deze families door er voor te zorgen dat ze ergens anders kunnen wonen want vaak zijn hier zelf geen middelen voor.
Met de komst van het toerisme is er ook een probleem met afvalverwerking, septic tanks en plastic. Hierdoor heeft de overheid momenteel de vuilnisbelt op Siargao gesloten zolang afval niet gescheiden wordt ingeleverd. Ook proberen ze plastic op verschillende manieren terug te dringen. Zo worden er nergens plastic tasjes verkocht of meegegeven. Je zult ook geen plastic rietjes en verpakkingen vinden. Daarnaast is er nog het probleem met de septic tanks. Deze zijn niet gebouwd op het gebruik zoals het nu is en nog meer gaat worden met de vele toeristen. En daarnaast is het natuurlijk logisch dat het voor veel eilandbewoners lastig is om te zien hoe hun eiland verandert. Elke dag weer. Groeien doet eigenlijk altijd pijn en gaat nooit zonder problemen. Het gaat vaak hand in hand en het vereist goed leiderschap en kennis om te helpen.

Waar de onderkomens voor toeristen luxueus zijn, zie ik hele gehuchten waar de locals wonen en waarvan de huizen gemaakt zijn van sloopmateriaal. Hier en daar staan er hele dorpen op palen boven het moeras. Hier is geen stromend water en hebben ze een pomp of een put in het midden van een centraal plein. In de rijstvelden zie ik een waterbuffel in de modder liggen en in de verte zie ik twee jongetjes met een fietsband spelen. Ik zie mensen bij elkaar zitten voor het huis, grapjes maken en kletsen. Kinderen die hun ouders al op jonge leeftijd meehelpen. Dit kan zijn in een winkel of in het huishouden maar ook bij de verkoop van benzine langs de weg. Benzine in Coca Cola flessen. Een klein jongetje van nog geen 8 jaar gooit twee liter flessen in mijn lege tank. Het is een lange en indrukwekkende dag geweest.

Dinsdag liggen wij al ‪om 8 uur‬ samen met onze instructeur MJ in het water. Hij helpt ons weer een stapje verder. Wat vooral fijn is, is dat hij ons stimuleert om van alles te proberen. En vallen hoort daarbij zegt hij. Ik surf tegenwoordig op een maat 6 en met de nodige tips gaat dat erg goed
Wij surfen vandaag bij het legendarische Cloud 9. In september heb je hier golven van soms wel 5 meter hoog en hol zodat je er doorheen kan surfen. Gelukkig zijn de golven nu nog een stuk lager. Op Siargao vind je alleen maar rif breaks dus er is niks op zand. Het voordeel hiervan is dat de golven vaak krachtiger zijn, en tegelijk ook smooth. Het nadeel van het rif is dat wanneer je valt en het is ook nog eens ondiep dit behoorlijk zeer kan doen. MJ roept voor de gein: “If you dive, you die”. Doelend op het feit dat je op moet letten om er niet head first van je board te vallen. Ook bij mij gaat het een keer mis en word ik even over de bodem gesleurd. Het rif laat op 2 plaatsen flinke schrammen achter. Het brand een beetje maar het valt reuze mee. 
Na het surfen ontbijten wij weer bij Shaka. Ester en ik hebben de gewoonte om wanneer wij ergens wat langer zitten, wij vaste plekken hebben waar wij heen gaan. Vooral als het erg lekker is. Na het ontbijt gaan wij even naar huis voordat we het dorp in gaan om boodschappen voor morgen te halen.
Morgen gaan wij namelijk samen met Suzan en Matthijs een tour doen om drie eilanden hier in de buurt te bekijken. Suzan en Matthijs komen vanavond pas laat aan en het is fijn als wij dan alles al geregeld hebben. Aan het einde van de dag besluiten Ester en ik een Yin Yogales te volgen. De docente begeleidt ons heel erg goed door alles heen. Het is een behoorlijke intensieve les doordat sommige poses tot wel 5 a 7 minuten vastgehouden dienen te worden. Wanneer wij naar huis gaan zijn wij heerlijk ontspannen.

Woensdag zijn wij weer herenigd met Suzan en Matthijs. Wat bijzonder om elkaar elke keer weer te zien en dat het sinds dag één klikt. Het is voor ons “home-away-from-home” doordat het aanvoelt alsof wij al jaren bevriend zijn.
Nog voor 8 uur staan wij met z’n vieren in de haven. Hier tref ik Eddy weer aan. Vorige week kwam ik hem hier tegen en toen heb ik de afspraak met hem gemaakt om hem hier vandaag te treffen voor een tour. We registeren ons in een groot boek voordat wij vertrekken. Terwijl Ester ijs haalt voor in de koelbox kijk ik naar de vismarkt die ook aan de haven ligt. Ik zie een visser die een enorme vis vanuit een klein bootje naar binnen tilt. Na wat navragen blijkt dit een Merlijn te zijn. Eddy wenkt ons en loopt voor ons uit het heldere water in. Bij een klein bootje stelt hij ons voor aan een schipper en zijn maat. Zij zullen ons vandaag rondleiden. Wanneer wij aan boord zijn, gaat de motor aan en vertrekken wij rustig over het water naar Guyam Island. Het water is zo helder in vele kleuren blauw en groen. Guyam ziet er precies uit zoals ik mij een onbewoond eiland voorstel. Het is klein en rond met zo’n 20 palmbomen. Het strand is wit en het water is helder blauw. Hier gaan wij aan land en kijken wat rond. Vervolgens is het tijd om het water in te plonzen voor verkoeling. Na enige tijd is het weer tijd om aan boord te gaan. Onze volgende bestemming is Naked Island. Dit is eigenlijk niks meer dan een enorme witte zandbank. In het midden zijn er sinds kort 10 kleine palmbomen geplant die in de toekomst hopelijk uitgroeien tot volwaardige bomen en voor schaduw zullen zorgen. Terwijl ik in het water lig, zie ik in de verte verschillende eilanden liggen. Allen zijn ze groen en heuvelachtig. Rond de lunch komen wij aan op Daku Island. Dit is het grootste eiland van de drie en heeft een kleine gemeenschap die hier woont. De mensen hier zijn voornamelijk vissers. Wij picknicken in één van de vele bamboehutjes die op het strand staan en ons bescherming bied tegen de zon. Na het eten lopen wij een stukje over het eiland. Kinderen rennen ons tegemoet. Ik zie hanen die op een stok zitten. De grond is bezaaid met kokosnoten. De huizen van de bewoners zijn gemaakt van bamboe en stukken hout. Wat voor mij paradijselijk lijkt is voor de mensen hier hun leven en de harde realiteit. Even later plons ik in het water voor verkoeling. Wat een fijne dag vandaag. Het varen van het ene naar het andere tropische eiland, lunchen op het strand, gezelligheid en leuke gesprekken met lieve mensen, een beetje snorkelen en vooral veel chillen in het water. Rond 15 uur zijn wij weer terug op Siagaro. Flink verkleurd van deze dag zon en zee is het tijd voor een douche en after sun. Als de avond invalt, drinken wij bij de White Banana terwijl op de achtergrond de natuur een prachtige onweer show weg geeft.

Donderdag liggen Ester en ik ‪om 7.30 uur‬ in het water. De golven zijn fijn en ik word heerlijk wakker op deze manier. Na 2 uur surfen komen wij moe maar voldaan uit het water. Suus en Thijs hebben na ons les van MJ. Ze hebben het enorm naar hun zin. We kijken hoe ze droog trainen en gaan daarna ontbijten bij Shaka. De middag brengen Ester en ik door met Suus en Thijs in ons zwembad. ‘s Avonds is het tijd voor een kokosnoot en Thais eten. Na het eten nemen Ester en ik afscheid van Suus en Thijs. Zij reizen morgen namelijk door. Het afscheid is gelukkig maar tijdelijk want wij zien elkaar over een paar dagen weer in Manilla.

Vrijdag liggen Ester en ik 8 uur in het water. Ik had vandaag behoorlijk moeite om wakker te worden. De wekker staat tegenwoordig elke ochtend aan vanwege het surfen. Dit vind ik wennen omdat uit mijzelf wakker worden natuurlijk het fijnste is. Sinds ik in Siagaro ben en het surfen weer heb opgepakt weet ik het zeker: surfen is mijn ding. Er is niets fijners dan wakker te worden in de golven. Het water voelt aan als een warm bad.
Het water staat vandaag behoorlijk laag en wij moeten een heel eind over het rif lopen om daar te komen, naar waar de zee diep genoeg is. Als ik op een gegeven moment in een gat stap en hier tot mijn bovenbenen verdwijn moet MJ erg lachen. Duidelijk een toerist die niet weet waar ze moet lopen. Om het nog grappiger te maken raak ik ondertussen ook nog eens verward in een ontzettende grote bos zeewier. De zee is deze morgen, op 3 andere surfers na nog helemaal leeg. Om de beurt met de lokalen nemen wij de golven. MJ geeft aan dat ik vandaag wat scherper moet gaan draaien. Vallen hoort erbij zegt hij. Ik maak dan ook een paar spectaculaire duikelingen van mijn plank.
Gelukkig gaat het vaker goed en heb ik een paar geweldige golven af kunnen rijden. Als ik peddel en vervolgens op de golf kom, dan leun ik iets op mijn voorbeen. Zo rij ik de golf in. Dat gevoel is fantastisch en absoluut niet te evenaren. Ik sta op de plank, mijn rechterhand uitgestoken de golf aanrakend die mij voor duwt. Ik voel mij zo gelukkig in het water. Na het ontbijt bij Shaka is het tijd om samen met Ester even te ontspannen in het zwembad. Mijn lichaam voelt vermoeid aan en de middag brengen wij een paar uur door op bed. Even een beetje rommelen op mijn telefoon en slapen. Ik heb geleerd dat het niet uitmaakt waar ik ben of wat ik doe; vermoeidheid is er in vele verschillende vormen. Goed naar mijn lichaam luisteren om te weten wat het precies nodig heeft, is belangrijk.
In de namiddag gaan wij nog even naar het strand. Hier zien wij de surfers in de verte in Cloud 9 op mooie golven rijden. De zon zakt weg terwijl wij genieten van onze kokosnoot.

Zaterdag slapen wij eerst uit voordat wij nog een laatste keer gaan ontbijten bij Shaka. Daarna is er nog tijd voor een rondje dorp. Vervolgens is het tijd om onze spullen te pakken en richting Manilla te vertrekken. Helaas hebben wij vertraging en zijn wij pas na middernacht in ons hotel.

Zondag nemen wij een taxi naar de andere kant van de stad. De taxichauffeur vraagt onderweg een paar keer of wij hier echt moeten zijn. Wij leggen uit dat wij bij de McDonalds hebben afgesproken met Janet van Smokey Tours voor een rondleiding. Als ik er op een gegeven moment uit wil om het laatste stukje te lopen laat hij er ons niet uit. Toch een beetje bezorgd worden wij exact voor de deur afgezet. De wijk is blijkbaar wat minder. Als ik naar buiten kijk zie ik een gewone volkswijk. Mensen met eet karretjes, kleine stalletjes die eigenlijk alles verkopen. 
In de McDonalds komt er een kleine vrouw naar ons toegelopen. Ze stelt zich voor als Janet en zij zal vandaag onze gids zijn. We wandelen 5 minuten om vervolgens in een Jeepney te stappen. Dit zijn verlengde jeeps die door het Amerikaanse leger gebruikt werd ten tijde van hun aanwezigheid. Deze hebben ze achtergelaten toen ze zijn vertrokken. Nu doen ze dienst als bus. De Jeepney’s zijn oud maar er zitten ook wat nieuwere exemplaren tussen omdat ze ook nog een tijd geproduceerd zijn in de Filipijnen.
Na een kwartier in de jeepney stappen wij over in een tricycle die ons naar het begin van de sloppenwijk Baseco brengt. Janet begint te vertellen. 

In deze sloppenwijk wonen 150.000 mensen verspreid over 56 km2. Het begin van deze sloppenwijk staat gebouwd aan de kade. En op palen boven het water. Aan de overkant van de huizen zie ik de haven liggen met alle containers die op vrachtschepen geladen wordt. De huizen van deze mensen zijn gemaakt van elk materiaal wat ze voorhanden hebben kunnen krijgen. Plankjes, schrootjes, gaas, plastic, rubber en meer. Janet laat oms het gemeenschappelijke toilet hier zien. Dat is een huisje van schrootjes boven het water met een gat erin. De grond is bekleed met rubber. Janet vertelt dat de mensen die hier wonen en hier gebruik van maken geluk hebben omdat hun ontlasting direct verdwijnt. De mensen die verderop in de wijk wonen hebben deze luxe niet. Hun toilet zullen wij later zien. Wij lopen door de smalle straat waar volwassen zichzelf en hun kinderen wassen. Waar de afwas wordt gedaan. Waar honden en katten langs lopen en een scooter of fiets wil passeren. Binnen in de huizen horen wij muziek en mensen kletsen. Privacy bestaat hier niet. Familie en vrienden zijn hier alles. Iedereen helpt elkaar. Zorgt voor elkaar.

Janet vertelt over de werkgelegenheid. Mannen kunnen in de constructie werken. Dit is zwaar werk en ze kunnen hiermee tot PHP550 (€9,49) per dag verdienen. Als bestuurder van een Jeepney betaal je per dag PHP700 (€12,08) aan de eigenaar. Vaak houden de chauffeurs PHP350 (€6,04) per dag over wat ze mee naar huis nemen. Ook zijn er mannen die groene mossels vangen. Als de nacht invalt springen deze mannen van de kade het water in. Ze zwemmen vervolgens naar de overkant van het water daar waar ik de containers zie staan. Hier op de stenen groeien groene mosselen die ze meenemen terug naar Baseco en ze hier verkopen voor PHP20 (€0,35) per kilo. Dit nachtelijk avontuur is uiteraard niet zonder gevaar. De golven zijn hoog en er varen flinke schepen voorbij. De bewakers varen in kleine bootjes rond om te controleren dat er geen buitenstaanders op het terrein van de scheepswerf komt. Als ze een mosselvanger betrappen krijgt hij een waarschuwing. Als ze hem daarna nog een keer betrappen moet hij mee naar de manager van de scheepswerf die mag beslissen wat er met hem gebeurt. Blijft het bij een waarschuwing of wordt het de gevangenis. Ze kunnen hem tot 6 maanden gevangenisstraf geven. Voor deze mannen is dit funest en natuurlijk weten ze dat er een risico hangt aan wat ze doen. Maar wat als ze geen andere optie hebben?
Vrouwen werken vaak als verkoopsters. Als je in een winkel werkt in een Mall dan verdien je PHP350 (€6,04) per dag. Als je iets verkoopt buiten een winkel dus op straat of een klein kraampje dan is het vaak niet meer dan PHP150 (€2,59). Daarbij zijn deze malls vaak erg ver van Baseco vandaan en moeten ze soms tot wel drie keer overstappen van Jeepney en tricycle. De kosten die ze hiervoor kwijt zijn kunnen dan per dag wel tot PHP120 oplopen wat in verhouding met hun salaris significant is. In Baseco vind je ook veel knoflookpellers. Een leverancier komt vaak in de ochtend rond 10uur met een vrachtwagen vol zakken knoflook naar Baseco. Een zak knoflook weegt 15 kilo. Het kost een heel gezin (iedereen helpt mee) vaak ‪10 tot 12 uur‬ om deze zak te pellen. De leverancier komt de volgende ochtend om 10uur weer terug om de gepelde zak op te halen. Met een gepelde zak knoflook verdienen de mensen PHP80 (€1,38). De leverancier verkoopt de zak weer door aan restaurants voor PHP1.500 (€25,88). 

Binnen Baseco heb je kleine eetcafés. De mensen die dit runnen koken eigenlijk voor de hele gemeenschap want iedereen die hier woont haalt hier zowel het ontbijt, lunch als diner. Hier koop je een portie rijst en groente voor PHP12 (€0,21) en kost vis of vlees PHP20 (€0,35). De mensen die hier wonen hebben door het werk (en de uren) wat ze doen geen tijd om te koken. Ze hebben het geld niet om naar een markt of supermarkt te gaan, dit kost veel geld. 

Een stukje verderop komen wij uit bij een paar watermeters. Vanuit hier zien wij plastic dunne buizen alle kanten op lopen. Het aanschaffen van een watermeter kost PHP3.500 (€60,63). Dit moet je aanvragen bij een kantoor in de stad. Daarnaast moet je de leidingen ook zelf betalen. Je betaalt PHP70 (€1,21) per meter. Het huis wat tegenover de watermeters staat, heeft geluk en ook stromend water. De huizen die 500 meter verderop staan hebben allang geen stromend water meer, want waar halen de mensen PHP35.000 vandaan. Water kan je ook kopen voor PHP10 (€0,17) per jerrycan. Een gemiddeld gezin gebruikt 5 jerrycans per dag. Voor de afleverkosten ben je ook nog eens PHP10 kwijt. Met dit water kook je en je drinkt het. Voor het wassen van jezelf gebruik je water uit één van de putten die ze hier hebben. Kleine kinderen van slecht een paar jaar oud halen zefstandig water uit de put en wassen zichzelf. Het verschil met de kinderen in bijvoorbeeld Nederland is erg groot. Niemand loopt hier huilend achter zijn of haar moeder aan. Kinderen zijn erg vroeg zelfstandig. 

We lopen door smalle straatjes en komen uit bij het huis waar Janet woont. Zij heeft het geluk om stroom af te kunnen nemen. Stroom wordt hier gebruikt voor licht en soms voor de televisie. Er staat één wasmachine buiten die door buren gedeeld wordt.  Niemand heeft hier een koelkast. Dit kost teveel stroom en kan kortsluiting veroorzaken, wat weer brand kan veroorzaken. De brandweer kan hier niet komen dus moeten de mensen hier voorzichtig zijn en opletten. De mensen koken hier hun water op houtskool.

Opeens staan wij op het strand van Baseco. Voor ons ligt de Baai van Manilla. Grote vrachtschepen in de verte. Links achter zie ik nog een stukje van de scheepswerf. Het strand ligt vol kleine vissersbootjes. En afval. Een oneindigheid aan afval. Hiertussen spelen kindjes. Sommige aangekleed. Sommige bloot. Ze poepen en plassen en rennen de woeste zee in. Volwassenen komen hier ook. Zij moffelen hun uitwerpselen vaak in een plastic zakje en gooien dit vervolgens in de baai. Een stukje verderop zie ik mannen met enorme stukken wrakhout lopen. Dit verzamelen ze van het strand, laten het drogen en maken er houtskool van wat ze weer aan de bewoners verkopen voor gebruik. 

De Filipijnen heeft de pech dat al het plastic wat in de zee terecht komt en wij kennen als de plastic soep hier allemaal drijft en aanspoelt op het strand. Al het plastic en troep wat ik hier zie is niet alleen van de bewoners zelf maar is ook vanuit andere plaatsen de zee ingekomen en het spoelt hier aan. Mensen zijn op het strand bezig om plastic en ander afval te verzamelen. Ze leveren dit in en krijgen er geld voor. Ook zijn ze opzoek naar kleine schelpdieren die ze kunnen eten.

We lopen langs de bibliotheek. Door inzameling acties zijn er boeken gedoneerd en hiermee is er een bibliotheek geopend zodat mensen boeken kunnen lenen. 
Janet vertelt dat er verder twee scholen aanwezig zijn. Een school voor de onderbouw en de ander voor de bovenbouw. Het probleem is dat de klassen overvol zijn met wel 75 leerlingen per klas. 
Bijna alles draait op basis van vrijwilligers die bijvoorbeeld hier een tijd meehelpen met het lesgeven of activiteiten organiseren. Maar ook door middel van inzamelingsacties voor zalen als school uniforms, hygiëne producten, tandenborstels, kleding. Eigenlijk voor alles wat er mogelijk is.

De overheid geeft geen financiële steun. Als de overheid wel een keer meehelpt met een inzameling dan moet de opbrengst gedeeld worden tussen Baseco en de overheid. De overheid heeft hier wel Mangrove planten geplant. Deze zijn nu nog heel klein en hebben ongeveer 6 jaar de tijd nodig om volwassen te worden. Deze mangrove bebossing moet helpen in tijden van overstromingen en tyfoons. De huizen die nu vlak bij de zee staan worden elk jaar opnieuw weggespoeld. Aan de ene kant zorgt de zee voor de overstroming en aan de ander kant is er een rivier die ook dezelfde problemen geeft. Elk jaar worden ook de kleine mangrove planten verwoest. Elk jaar worden deze opnieuw geplant door de overheid.

Kinderen spelen basketbal op straat en geven mij een high five. Ze lachen en roepen. Veel kindjes hebben dikke buikjes. Een klein meisje kijkt een beetje nors terwijl haar moeder haar hand vasthoudt. Ze tikt haar shirtje omhoog en laat een litteken zien die het buikje van het meisje ontsiert. Janet vertelt dat elk jaar vanuit Nederland een hele groep artsen, verpleegkundigen, tandartsen en meer deze kant op komen. In twee weken tijd wordt iedereen die iets nodig heeft op medisch gebied gratis geholpen. Dit meisje had een tumor en is vorig jaar geopereerd. Het gaat nu goed met haar. 

Smokey Tours is de NGO die hier ontzettend goed werk levert. Dit doen ze in samenwerking met de mensen van hier. Zo hebben ze ook 3 mannen in loondienst die in de gehele sloppenwijk het afval ophalen. Het afval wordt vervolgens door anderen weer uitgezocht en gescheiden. De vrouw die dit doet, is gehandicapt en verdient hier geld mee. Zo is er een bak voor plastic, karton en overige. Het afvalt van het eten gaat in een compost machine. Na 18 dagen komt hier compost uit wat weer doorverkocht kan worden buiten de wijk. 

De vrouwen die zorg dragen voor de tuin waar ook groente verbouwd wordt maken ook tassen, partomonees en bandjes. Dit alles van materiaal wat hier voorhanden is. Ik koop een bandje gemaakt van het materiaal van gedroogde waterlelie wortels uit de rivier. Dit verkopen ze aan de toeristen. Dit helpt ze om zelfstandig een leven op te bouwen.

Iedereen heeft hier een verhaal en dus ook Janet. Janet is hier geboren en kon, net als velen met haar, geen Engels. Zij heeft van Smokey Tours een kans gekregen. Ze is in 6 maanden tijd opgeleid tot gids. Ze verdient hier haar brood mee. Ze spreekt ondertussen goed Engels en haar manier van vertellen is duidelijk. Smokey tours betaald ook haar opleiding (en alle onkosten) aan de universiteit. Ze studeert nu geschiedenis aan de universiteit van Manilla. Ze is de enigste in haar klas van Filipijnse afkomst de rest zijn allemaal afkomstig uit andere landen. Aan de ene kant is dit verdrietig aan de andere kant geeft dit haar kans om haar Engels te oefenen. Het is prachtig om te zien dat het voor de mensen die onder erbarmelijke omstandigheden zijn geboren wel een ons krijgen. Een kans om te studeren, een kans op een betere baan, een kans op een comfortabeler leven. 

Ik vond het vandaag heel bijzonder om zo door Janet in haar wijk rondgeleid te worden. Deze inkijk in het leven van mijn medemens doet mij veel. Het beseft mij dat ik en velen met mij, geboren zijn onder gunstige omstandigheden. Omstandigheden die kansen biedt. Kansen om prettig en comfortabel te leven. En ik voel ook dat dit verplichtingen met zich mee brengt. De verplichting om iets terug te doen voor de medemens die het minder makkelijk heeft. Dit kan ver weg zijn of dichterbij huis. Uiteindelijk zijn wij namelijk allen gelijk. Wij zijn allemaal mensen met dezelfde dromen over het ervaren van liefde, veiligheid, vrede en gezond leven.

Ik heb het er ook met Ester en Suus over. Deze week ben ik ook alweer 9 maanden op reis. Reizen vind ik soms zowel wreed als prachtig. Zo moet ik vreemde mensen vertrouwen. En alles wat ik gewend ben aan comfort van thuis en vrienden loslaten. In het begin ben ik hierdoor constant uit balans totdat ik het omarm. Dat ik niks bezit. Behalve wat ik meedraag, de lucht die ik inadem, mijn dromen die ik heb, de zee waar ik in speel. Juist het reizen doet mij beseffen hoe weinig ik gezien heb op deze wereld en hoe weinig ik zal zien. En hoe graag ik nog zoveel wil zien. 
Het langer losgekoppeld zijn uit de maatschappij van Nederland verandert mij. Ik ben benieuwd naar wat ik met mij meeneem en wie ik straks zal zijn. Het is een mooie zoektocht.

Eindstand kaarten:
Essie:78
Nath:79